In het arrest nr. RvVb-A-2223-0899 van 25 mei 2023 verwoordt de RvVb het als volgt:
'Anders dan de eerste tussenkomende partij stelt, hoeven de verzoekende partijen niet aannemelijk te maken dat de bestreden beslissing tot "onaanvaardbare hinder" leidt. Of hinder al dan niet aanvaardbaar is, behoort tot de grond van de zaak. Het belang bij het beroep kan de verzoekende partijen maar worden ontzegd als er op grond van de in de excepties bijgebrachte gegevens of van vaststaande gegevens van het dossier met stelligheid besloten kan worden dat ze op hun woonplaats geen of niet meer dan verwaarloosbare gevolgen van de bestreden beslissing kunnen ondergaan'.