In het arrest nummer 206.645 van 15 juli 2010 weerlegt de Raad van State de kritiek van verzoekende partij als zou een ISO-9002 niet onder het begrip “beroepskwalificaties” kan vallen, zoals opgenomen in artikel 19.1° van het Koninklijk Besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken:
“Deze zienswijze wordt niet bijgevallen. Artikel 19, eerste lid, 1°, maakt immers gewag van beroepskwalificaties van zowel “de aannemer” als “het ondernemingskader” als van “de verantwoordelijke(n) voor de leiding van de werken”. Er wordt niet ingezien om welke reden de beroepskwalificatie enkel van natuurlijke personen zou mogen worden gevraagd op grond van de betrokken bepaling.
In zoverre de verzoekende partij voorts de schending inroept van de omzendbrief van 10 februari 1998 van de eerste minister – “Overheidsopdrachten – Kwalificatieve selectie van aannemers, leveranciers en dienstverleners”, wordt vastgesteld dat verzoekende partij niet betoogt en evenmin blijkt dat deze omzendbrief het bindend karakter zou vertonen waardoor hij dienstig als vernietigingsgrond kan worden aangevoerd.
Wat de stelling van de verzoekende partij betreft dat een ISO-attest “nooit een garantie [kan] bieden dat een aannemer dermate geschoold is dat hij een technische bekwaamheid kan garanderen” en aan elke organisatie, ongeacht voor welke activiteit of product, kan worden toegekend, kan de argumentatie van de verwerende partij worden bijgevallen waar deze stelt dat “een ISO-certificaat [...] een kwalitatief eindproduct garandeert door middel van het opleggen van eisen aan de volledige organisatie, van het volledige ondernemingskader tot en met de verantwoordelijke voor de leiding van de werken” en een kwalitatief eindproduct technische bekwaamheid van de aannemer en diens personeel impliceert".