De exploitant van een marktwagen die met zijn hamburgers werd gestald bij een doe-het-zelf-zaak diende, onder dreiging van een herstelvordering, een stedenbouwkundige ‘regularisatieaanvraag’ in. In graad van beroep oordeelde de deputatie van de provincie Oost-Vlaanderen in een besluit van 20 maart 2014 dat geen stedenbouwkundige vergunning nodig is voor een marktwagen.
‘Appellant is van mening dat voor het plaatsen van een mobiele marktwagen op een vergunde parking geen stedenbouwkundige vergunning vereist is.
Artikel 4.2.1. 1° VCRO bepaalt dat:
‘Niemand mag zonder voorafgaande stedenbouwkundige vergunning:
1° de hiernavolgende bouwwerken verrichten, met uitzondering van onderhoudswerken:
a) het optrekken of plaatsen van een constructie
b) het functioneel samenbrengen van materialen waardoor een constructie ontstaat
c) het afbreken, herbouwen, verbouwen en uitbreiden van een constructie
...
5° een grond gewoonlijk gebruiken, aanleggen of inrichten voor:
a) het opslaan van gebruikte of afgedankte voertuigen, of van allerlei materialen, materieel of afval
b) het parkeren van voertuigen, wagens of aanhangwagens
c) het plaatsen van één of meer verplaatsbare constructies die voor bewoning kunnen worden gebruikt, in het bijzonder woonwagens, kampeerwagens, afgedankte voertuigen en tenten, met uitzondering van het kamperen op een vergund of van vergunning vrijgesteld openluchtrecreatief terrein in de zin van de decreet van 10 juli 2008 betreffende het toeristische logies;’
Artikel 4.1.1.3° VCRO definieert een constructie als volgt: ‘een gebouw, een bouwwerk, een vaste inrichting, een verharding, een publiciteitsinrichting of uithangbord, al dan niet bestaande uit duurzame materialen, in de grond ingebouwd, aan de grond bevestigd of op de grond steunend omwille van de stabiliteit, en bestemd om ter plaatse te blijven staan of liggen, ook al kan het goed uit elkaar genomen worden, verplaatst worden, of is het goed volledig ondergronds.’
Het gevraagde, het overdag plaatsen van een marktwagen / hamburgerkraam op een vergunde parking in functie van een handelszaak, en dit op woensdag, donderdag, vrijdag, zaterdag en zondag, is niet vergunningsplichtig, net zomin als het plaatsen van voertuigen van werknemers of klanten vergunningsplichtig is.
Het betreft hier immers niet het permanent plaatsen van deze marktwagen/dit hamburgerkraam, wat wel vergunningsplichtig zou zijn. Het kraamt blijft ’s nachts niet op deze plek maar wordt ’s avonds weggehaald en komt ’s morgens terug op voormelde dagen. Het is dan ook niet bestemd om ter plaatse te blijven staan.
Conclusie.
Uit wat voorafgaat dient besloten dat de aanvraag en het beroep zonder voorwerp dienen te worden verklaard.
Er is immers geen stedenbouwkundige vergunning vereist voor de wijze waarop door appellant op deze vergunde parking een marktwagen / hamburgerskraam geplaatst wordt.’
Referentie: Dep. Oost-Vlaanderen 20 maart 2014, ng. (Pub4487)