De rechtbank van eerste aanleg te Kortrijk heeft zich in een vonnis van 28 april 2011 moeten uitspreken over de vraag of de passage van een rally langs een private woning al dan niet als abnormale burenhinder te beschouwen is, waardoor de organisator en de gemeente, wiens burgemeester de rally heeft toegestaan, een vergoeding verschuldigd zijn.
De rechtbank verwerpt – in graad van beroep – de vordering:
“Evenmin is de passage van de (...)Rally langs de woning van de consoorten D. als een ernstige inperking van hun eigendomsrecht in de zin van art. 544 B.W. te beschouwen.
De “verboden zones” zoals ingesteld bij het politiereglement van 13 mei 2009 hebben enkel betrekking op het verkeer van voetgangers. De aanwezigheid van personen in hun privéwoning, die deels binnen de veiligheidszone is gelegen, valt naar het oordeel van de rechtank niet onder dit “verkeer van voetgangers”. Dit blijkt tevens uit de Omzendbrief OOP 25ter waarin erop wordt gewezen dat het gevaarlijk kan zijn plaats te nemen in een tuin, op een veld of een erf naast de woning tijdens een wedstrijd of competitie. Dit wordt tenslotte ook met zoveel woorden bevestigd door de bewonersbrief waarin uitdrukkelijk is vermeld: “Uw privégrond (uitgezonderd binnen in de woning) palend aan het parkoer binnen de 10 meterzone wordt tijdens de wedstrijd als volledig verboden zone beschouwd.” (eigen onderlijning rechtbank).
In tegenstelling tot wat de consoorten D. voorhouden, waren zij dus geenszins genoodzaakt hun woning te verlaten tijdens de (...)Rally. Het derven van het genot van hun tuin gedurende één dag vormt geen buitengewone hinder die het normale gedogen tussen de buren overstijgt in de zin van art. 544 B.W., zodat de vordering van de consoorten D. ook op dit punt ongegrond voorkomt.”
Referentie : Rb. Kortrijk, 28 april 2011, AR10/1465/A, ng. – PUB501969.