In het recent arrest van 29 februari 2024 - toevalligerwijs tegen het voorstel van het decreet over de programmatische aanpak stikstof - bevestigt de Raad van State dat een voorstel van decreet niet kan aangemerkt worden als een bij de Raad van State aanvechtbare rechtshandeling in de zin van artikel 14, §1, 1ste lid van de gecoördineerde wetten op de Raad van State en zij geen rechtsmacht heeft om kennis te nemen van een annulatieberoep dienaangaande.
De tekst van het arrest vindt u hier.